Wij Werken Hier Met Mongolen

En iedereen maar denken dat ik een held ben. Nou ja. En een paar mensen maar denken dat ik een held ben. Kinderen. Whatever. Misschien denkt niemand dat ik een held ben. Ben ik ook niet. Toen ik in Nepal door de jungle liep in het pikkedonker was ik bang dat er een tijger op me zou springen. Nee, echt. Ik bak hier geen poets. Niet zo'n hele gekke gedachte overigens om te hebben als je in de jungle (de jungle mensen, niet de dierentuin) van Nepal loopt in het midden van de nacht met een halfdronken gids die een bamboestokje in zijn handen heeft ("for the tigers!"). Ook had de gids een ander magnifiek afweermiddel; een armoedig zaklampje. Want, zo vertelde hij mij fier, "dat kennen de wilde dieren niet, een kunstmatig licht. Zijn ze bang voor." Ja. Uhuh. En toen er op twee meter afstand een big-ass hert door de struiken brak (wat wij dus alleen maar konden horen - en hoe) sprong de gids drie meter in de lucht, probeerde ik te verdoezelen dat ik in mijn broek scheet en zag ik het bamboestokje ("for the tigers!") ergens drie meter verderop uit een of andere giftige inheemse struik steken. Afijn. Geen held dus. En zo ken ik nog wel een paar amusante Frank-Op-Reis verhalen. Maar ik ben (en hier komt een interessant feit, Trouwe Lezer) al jaren- en jarenlang gefascineerd door haaien. Niet alleen omdat ze de kroon op de oceaan-evolutie zijn, maar ook omdat ze me angst aanjagen. Het idee dat wij als mens op zo'n oppervlakte drijven met daaronder tientallen, honderden of duizenden meters van onzichtbare diepte met daarin allerhande roofdieren. Brr. Maar eigenlijk wil ik ook naar Zuid-Afrika of Australiƫ om daar te gaan duiken met haaien. Want zo ben ik dan ook wel weer. Maar niet vlak na het zien van deze film. Rest me je nog te zeggen dat ik ooit met verstandelijk gehandicapten heb gewerkt. Alleen wisten ze het zelf nog niet. En toen ik voor het eerst op die werkplek kwam, vertelde de leiding mij dat ze 'met mongolen werkten.' Want dat vonden ze leuker klinken dan werken met mensen met het Syndroom van Down. Dus. "Wij werken hier met mongolen." Waarop ik antwoordde: "Dan ben ik een goede aanvulling op uw team." Waar mijn hedendaagse collega's vandaag weer om moesten lachen, dat antwoord. En liet ik tevree een boer. Klaar.

9 opmerkingen:

  1. Heer, laat me alstublieft eerst verdrinken voordat ik door een haai in stukken gescheurd word.
    Zoiets?

    En ik het Noorder Dierenpark jaagden de haaien mij ook altijd angst aan. En die zaten gewoon in een mega aquarium met cm dik glas er tussen. Ik bleef dan ook altijd boven bij de uitgang staan.
    Want Apeldoorn bellen, daar had ik niet zo'n zin in.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Pray that you Down first.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ik ben eigenlijk niet bang voor haaien, Ruth.
    Ik wil ze liever niet onder me als ik zwem.
    Misschien ben ik wel bang. Nee. Bezorgd. Ja.

    Novy, jij ouwe woordkunstenaar!
    De film speelde zich af in Australiƫ.
    Dus het Syndroom van ... ?

    BeantwoordenVerwijderen
  4. De kroon op de oceaan-evolutie?
    Die beesten zwemmen al een tijdje rond, toen wij nog muizen waren, maakten ze hun rondjes al.
    Stilstand is...

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Dat is nu het mooie, Maarten.
    Ze zijn zo goed ontwikkeld dat er niets
    meer te evolueren valt. Net als krokodillo's.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Oh op die manier.
    Maar wat denk je dan van de korstmossen?
    Of zijn die dan weer niet angstaanjagend genoeg?

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Toevallig heb ik ook een diepe angst
    voor de korstmossen, Maarten.

    "Kijk uit, de korstmossen komen!"

    BeantwoordenVerwijderen
  8. De enige angst voor korstmossen die ik me kan voorstellen is de angst je tong in de knoop te krijgen als je 10x achtereen heel snel korstmossen moet zeggen.

    BeantwoordenVerwijderen
  9. Ik heb het gedaan en ik
    klonk als een Hagenees.

    BeantwoordenVerwijderen