Hell, ík zie mij graag lezen. (En ik ben dol op mijn been - heb zelfs een reserve aan de rechterkant - maar dat lijkt me niet meer dan normaal.) Toch schaam ik mezelf wel eens voor de kilometers boek die ik langs mijn ogen laat glijden. In de afgelopen twee weken heb ik vijf boeken gelezen. En ja, ik kom ook nog wel eens buiten. Elke dag eigenlijk. Inclusief sociaal leven. Maar ik lees graag tijdens het eten. En ik lees graag tijdens het koken. (Die laatste twee zinnen bij voorkeur omgedraaid.) En ik lees graag als ik een half uurtje niets te doen heb. Ik lees graag voor ik ga slapen. En als het boek heel goed is, dan lees ik zelfs op het toilet. Maar dan denk ik, laat ik maar niet aan mensen vertellen dat ik zoveel lees. Dan denken ze dat ik alleen maar met mijn hoofd in de boeken zit.
Lezen alleenstaande mensen meer? Dat hebben niet-alleenstaande mensen mij wel eens verteld, maar ik heb me nooit aan de indruk kunnen onttrekken dat ze het meer tegen zichzelf zeiden, als een excuus voor het niet oppakken van een boek of, in mindere mate, het niet kunnen doorworstelen of doorgronden van een te hoog gegrepen literair werk. Vroeger als kind las ik ook heel veel. Mijn broer ook, maar ik weet niet of hij nog steeds zoveel leest, ik spreek hem niet zo vaak. Mijn moeder leest ook veel. Mijn vader leest wat langzamer en mijn andere broer en zus lezen niet zo veel.
Nou, goed. Mijn boek is dus uit. Net. The Last Child van John Hart. Mooi boek. Spannend ook.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten